Havana Brown

Herkomst

In het begin van de negentiende eeuw trok in Engeland een kastanjebruine poes (chestnut in het Engels), Granny Grump, de aandacht. Pas veel later, rond 1880, werden katten met dezelfde vachtkleur met succes tentoongesteld. Nadat het ras een halve eeuw vergeten was, probeerde Barones Von Ulmann rond 1950 een effen chocoladebruine kat met een oosters type te ontwikkelen. Ze kruiste daartoe Siamese chocolate points met zwarte Europese Korthaarkatten. Ze was zo succesvol dat ze navolging kreeg van andere fokkers. In tegenstelling tot de F.I.Fe erkende de G.C.C.F. het nieuwe ras in 1958 onder de naam Chestnut Havana of Havana Brown. In 1971 gaf men de voorkeur aan de benaming Havana, mogelijk verwijzend naar de kleur van een sigaar of naar de vacht van een bepaald konijnenras, mede nadat de lilackleur door bepaalde federaties werd toegestaan (de Lavendel). Sinds 1960 oogst dit ras veel succes in de Verenigde Staten terwijl het in Europa zeldzaam blijft.

In Nederland staat dit ras vermeld als Oosters Korthaar chocolate. Nog niet zolang geleden werd een Havana Brown gekruist met een Serval (een grote, hoog op de poten staande wilde Afrikaanse kat met een gevlekte vacht) wat aanleiding gaf tot een nieuw ras: de Savannah. Een grote slanke kat met een gevlekte vacht en bekend om zijn vriendelijkheid. Een eerste dier werd in 1998 in Frankrijk geïntroduceerd en de L.O.O.F. heeft het ras onlangs erkend.

Algemene kenmerken

Middelgroot. Gewicht: 2,5 tot 4,5 kg. Engels type: lang en slank. Amerikaans type: gelijkmatig gebouwd.

Karakter en bijzonderheden

Een levendige, actieve, speelse, niet agressieve kat. Wantrouwig tegenover vreemden, hij houdt van rust en comfort. Vreedzaam, vriendelijk, zeer zacht, erg gehecht aan zijn baasje. Minder spraakzaam dan de Siamees en een minder krachtige stem. Een wekelijkse borstelbeurt is voldoende voor een goed onderhoud van de vacht.

Herkomst

• Hoofd
  Langer dan breed. Engels type: oosters type, zonder pinch of stop. Amerikaans type: licht driehoekig met duidelijke stop en pinch. Licht afgeronde schedel. Volle wangen zijn bij volwassen kater toegestaan. Lange, vierkante snuit. Stevige, vierkante, forse kin.
• Oren
  Groot, met afgeronde toppen, vrij ver uit elkaar staand. Wanneer het dier alert is zijn ze naar voren gericht. Zeer dun behaard met name aan de binnenzijde.
• Ogen
  Groot, ovaal, niet bolrond en dicht bij de neusbasis geplaatst. Kleuren: alle nuances en intensiteiten van groen. Een kleurwijziging wordt tot op de leeftijd van een jaar toegestaan.
• Hals
  Van gemiddelde grootte en lengte.
• Lichaam
  Middelgroot met een matig ontwikkeld beenderstelsel. Gelijkmatig gebouwd (Amerikaans type) of lang en slank (Engels type). Stevig gespierd.
• Poten
  Lang, slank maar niet te dun. Compacte, ovale voeten.
• Staart
  Middellang, niet te breed aan de basis, smaller uitlopend naar de punt.
• Vacht
  Kort, fijn, zijdeachtig, glanzend, vlak aanliggend. Niet te dichte ondervacht. Bij de lilac variëteit is een iets pluiziger vachttype toegestaan.
• Kleur
  • Chocolate: kastanjebruin; effen hazelnootbruin. de snorharen en de neusspiegel zijn bruin; de voetzolen roze. De C.F.A erkent enkel deze kleur.
  • Lilac: mollengrijs met een roze gloed. De T.I.C.A. erkent beide kleuren. Kittens worden met ghostmarking geboren die in de loop van het eerste levensjaar verdwijnt.